Misvatting #1: hoogbegaafden zijn altijd succesvol

Adrienne | Gifted People Hoogbegaafdheid 4 Comments

Surprise! Niets is minder waar. Er zijn zeker hoogbegaafden die hoge prestaties leveren en geroemd worden om hun snelle denken en creatieve oplossingen. Maar omdat hoogbegaafdheid zich kan uiten in verschillende vormen, is dat ook erg afhankelijk van de omgeving waar je in functioneert.

Om dit te verduidelijken, pakken we de definitie van de National Association for Gifted Children er even bij. Deze definitie is als volgt: hoogbegaafdheid houdt in dat je de potentie hebt om tot de top 3-5% van de bevolking te behoren op één of meer van deze gebieden:

  • algemeen intellectueel vermogen
  • specifieke wetenschappelijke aanleg
  • creatief denkvermogen
  • talent voor visuele of uitvoerende kunsten
  • aanleg voor leiderschap

Aan een aantal van deze gebieden schenken we in onderwijs- en werkomgevingen veel aandacht. Denk maar aan algemeen intellectueel vermogen, of aanleg voor leiderschap. Als je hierin uitblinkt, heb je al snel een streepje voor.

Potentie heeft water nodig

Omdat je als hoogbegaafde fundamenteel anders denkt, doet en voelt, kan het echter best zijn dat jij jouw talenten op een manier wilt inzetten die niet past bij de “normale” gang van zaken. Het vereist bovendien training, oefening en de ruimte om jouw natuurlijke talenten verder te ontwikkelen. Het moet kunnen groeien, je moet het water geven. Anders heb je wel de potentie om er in uit te blinken, maar komt het niet tot uiting. Zit je dan met je potentie.

Sommige gebieden komen daarnaast weinig of zelfs niet aan bod in het onderwijs of in jouw werk. Dat maakt het moeilijk om jouw potentie te herkennen en/of tot uiting te laten komen. Deze hoogbegaafden herkennen zich meteen in deze zin ‘ik voel me vooral vaak dom’. Wat jij ziet, denkt of doet is anders dan de verwachting en daardoor ga je aan jezelf twijfelen. En waar jij goed in bent, komt helemaal niet aan bod, of je vindt het zo vanzelfsprekend dat je het zelf niet ziet als talent.

Tegelijkertijd zul je merken dat je niet overal even goed in bent. Liggen jouw talenten op het creatieve vlak, ben je goed in visuele of uitvoerende kunsten? Dan is een administratieve baan waarschijnlijk niet aan jou besteed. Ben je dat wel aan het doen, dan merk je één: dat het voor jou dodelijk saai is, en twee: dat je er ook niet echt goed in bent. Ja, je kunt het wel, want je pakt dingen snel op, maar het kost je vooral veel energie. En wanneer je iets minder sterk bent in bepaalde aspecten van je werk, ga je al snel denken dat je niet al te slim bent. Want, als je zo slim was, dan zou je dit toch makkelijker, beter of sneller moeten kunnen?

Onderpresteren

Veel hoogbegaafden presteren bovendien onder hun niveau. Dit geldt vooral in strakke en afgebakende omgevingen waarin er weinig uitdaging is en het tempo te laag is.

Je kunt het zien als het wachten in de rij bij de achtbaan. Schuifelend beweeg jij je heul langzaam voort. ‘Maar’, denk je, ‘aan het einde van deze rij mag ik de allergaafste achtbaan in’. Je wordt wel een beetje ongeduldig, ‘maar straks wordt het leuk en spannend’, denk je. Je komt aan het einde van de rij, je stapt in het karretje. Klaar voor de rit van je leven. Je wordt met karretje en al omhoog getrokken, je ogen staan wijd open van nieuwsgierigheid naar wat er gaat komen, en dan…

Sta je ineens met karretje en al stil. Even wachten op de andere karretjes wordt er omgeroepen.

Jij zit er al helemaal klaar voor, maar er zit niets anders op dan te wachten. En nog iets meer te wachten. Je suft een beetje in en je verliest eigenlijk ook je interesse in die hele achtbaan, want de spanning en opwinding die je voelde, die is nu wel weg. Als een paar uur later de rest eindelijk bij is, en je mag eindelijk die grote vlucht naar beneden maken, blijkt die enorme achtbaan die jij in gedachten had, een heel klein achtbaantje te zijn. Geen grote afdalingen, geen onverwachte bochten, geen loopings, gewoon een klein beetje omhoog en omlaag voordat je weer het eindstation bereikt.

Wanneer je weer naar buiten loopt, zie je de andere mensen om je heen vol enthousiasme praten over de achtbaan, over de opwinding, de snelheid, de spanning. En jij, jij denkt alleen maar ‘was dit alles?’ Weg interesse en motivatie voor achtbanen.

Onvervuld potentieel

Zo werkt het ook in school- en werkomgevingen. Als je niet uitgedaagd wordt, als je niet op je eigen tempo mag gaan, dan verlies je je interesse. Dan ga je niet alles wat je in je hebt, aanboren, dat heb je ook niet nodig. Bovendien is het erg vermoeiend en frustrerend als je steeds wordt teruggehouden in je eigen groei. Dat leidt ook tot het presteren onder de “normale” verwachting. Oftewel, de prestaties liggen niet alleen beneden je eigen niveau, maar ook onder het gemiddelde. Ik heb het geregeld zien voorkomen dat mensen daarom denken en ook bestempeld worden als iemand die ‘niet zo slim is’. Of als iemand die ‘lui’ is. Volledig onterecht.

Nog erger is dat mensen daardoor niet meer op zoek gaan naar hun eigen talenten, want, ze zijn er inmiddels van overtuigd geraakt dat ze daar niet slim genoeg voor zijn. 

Hierdoor bouwen we aan een samenleving met talentvolle mensen die in staat zijn tot grootse dingen, maar ervan overtuigd zijn dat ze geen talenten hebben. Dat ze nergens in zullen uitblinken. En omdat jullie, net als mij, vinden dat dit anders kan, gaan jullie na het lezen van dit artikel meteen dit doen:

  • jezelf niet (meer) dom noemen en vinden
  • tegen iedereen vertellen dat hoogbegaafdheid los staat van prestaties in school- en werkomgevingen (of dit artikel naar ze sturen)
  • op onderzoek gaan naar je eigen (potentiële) talenten, deze beschrijven en ervoor zorgen dat je er mee aan de slag gaat en blijft
  • jezelf een high five geven omdat je een super leuk mens bent, want super leuke mensen doen dat

Dus. Samenvattend.

Hoogbegaafden zijn niet altijd succesvol in het onderwijs of in werkomgevingen. Dit komt onder andere omdat sommige talenten weinig in het onderwijs aan bod komen. In werksituaties zul je als hoogbegaafde bovendien niet uitblinken als je werk doet dat niet bij jou past.

Om ‘succesvol’ te zijn is het nodig dat jouw (potentiele) talenten de ruimte krijgen om verder te ontwikkelen. En dat je de omgevingen opzoekt waarin je wordt uitgedaagd, jouw talenten kunt inzetten en dat je gelooft dat jij bijzondere talenten hebt, al moet je deze misschien nog verder ontwikkelen. High five.

IN DE REEKS MISVATTINGEN:

Misvatting #1: hoogbegaafden zijn altijd succesvol in school- en werkomgevingen

Misvatting #2: alle hoogbegaafden zijn hetzelfde

Misvatting #3: alleen een IQ test bepaalt of je hoogbegaafd bent

Misvatting #4: als hoogbegaafde ben je overal goed in

Misvatting #5: je kunt niet hoogbegaafd zijn en daarnaast een leerbelemmering of stoornis hebben

Misvatting #6: hulpverleners hebben genoeg kennis om misdiagnoses te voorkomen

Misvatting #7: hoogbegaafden kunnen zich gewoon aanpassen en redden zichzelf wel


Heb jij mijn E-book over hoogbegaafdheid al gelezen?
Die kun je hier gratis aanvragen!

 

Ik wil het E-book!

Vorige blogVolgende blog

Comments 4

  1. Erg leuk geschreven en nog heel erg leerzaam ook! Ik heb bijna mijn coachtraject (met kerntalententest e.d.) achter de rug maar dit soort verhalen zijn een beetje de ‘kers op de taart’.? Ik weet dit soort dingen al wel ongeveer maar het wordt veel levendiger door jouw to the point beschrijvingen. (vooral het e-book) Mijn ongeloof in eigen kunnen wordt stukje bij beetje afgebroken. Kom tot de ontdekking dat mijn huidige baan -waar ik ontevreden over begon te worden- toch best heel goed bij mij past. Ontdekken dat je werk toch eigenlijk heel goed bij je past; dat is nog eens win winsituatie voor een HB’er. Bedankt Adriënne. Jij ook veel succes?

    1. Thanks Jan, mooie complimenten, erg leuk om te lezen. En super fijn dat jouw ongeloof in eigen kunnen steeds meer wordt afgebroken. Wens je veel plezier en succes met jouw passende baan!

  2. Wow, die vergelijking met de achtbaan is echt heel treffend! Maar het verhaal is daar eigenlijk niet klaar: terwijl de anderen laaiend enthousiast zijn over de rit in de achtbaan, sta jij daar helemaal alleen met je ontgoocheling. Helemaal alleen met je anti-climax gevoel, gedesillusioneerd, etc. Die vervreemding van anderen en geen aansluiting vinden – dat is voor mij mijn grootste probleem. En dan, inderdaad, weg interesse en motivatie voor achtbanen. Maar wat wordt het dan wel? En is dat gevoel van vervreemding niet universeel voor alles wat je gaat aanpakken met anderen erbij?

    1. Ja, precies David! Misschien dat ik dat voorbeeld nog wat verder ga uitwerken. Je brengt me op allerlei ideeën. Wat betreft de ‘wat dan wel’ vraag en de vervreemding. In mijn ervaring is het vooral blijven zoeken en uitproberen. Observeren waar het voor je gevoel klopt en doordat je jezelf beter leert kennen, wordt het makkelijker om te herkennen waar je weer blij van wordt en welke mensen daarbij passen. Heb je trouwens het boek ‘Searching for Meaning’ gelezen van James T. Webb? Echt een aanrader, gaat ook erg over de existentiële vragen en hoe je daarmee om gaat als hoogbegaafde. – Adrienne

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *