Tijdens mijn dagelijkse wandeling kwam ik laatst een aardig stel tegen dat een foto aan het maken was van een aantal afvalzakken dat naast de container stond.
Ik was daar niet zo mee bezig, maar de dame van het stel vond het blijkbaar nodig om hier een korte toelichting over te geven. Ze waren foto’s aan het maken, omdat ze het asociaal vonden dat mensen hun vuilnis naast de bak neergooiden.
De dame vertelde dat het waarschijnlijk gedaan werd om geld te besparen. Ik knikte en reageerde met dat dit inderdaad vervelend is. Ik wilde nog even een kleine verzachting meegeven door te vragen of het zo kon zijn dat de afvalbak gewoon vol zat. Maar nee, dat was onmogelijk volgens de man van het stel, want de afvalbak was pas nog geleegd.
Terwijl ik verder liep, hoorde ik het stel nog stellig met elkaar delen over de achteruitgang van de buurt. En ik dacht bij mezelf: ja, je kunt je hier heel druk over maken, maar misschien is er wel iets heel anders aan de hand.
Waar ik mezelf de afgelopen jaren echt op heb getraind is om op de eerste plaats voorzichtig te zijn met aannames. En op de tweede plaats mezelf even te checken op wat ik denk door te vragen: is dit wel echt waar, weet ik dat wel zeker?
Want ons brein denkt altijd alle antwoorden te hebben, maar is super beperkt in de waarneming. We zien alleen onze variant van wat er gebeurd zou moeten zijn. En daar gaan we onnodig onze relaties met anderen mee op het spel zetten.
Want, stel dat een soortgelijke situatie op je werk had plaatsgevonden. Stel dat het gaat om een collega die steeds zooi naast de prullenbak zet. Dit frustreert jou enorm. En je denkt: mijn collega is gewoon te lui om het in de afvalbak te stoppen.
Hoe zou je dan reageren naar die collega? Zou je uit nieuwsgierigheid gaan vragen waarom ze dat eigenlijk doet? Of zou je jouw collega gaan behandelen als iemand die lui is?
Wat je gelooft en denkt over de ander of over de situatie is precies waar je naar gaat handelen, bewust en onbewust. Je gaat ook alleen maar bewijs zien van waarom wat je denkt waar is, en zo kom je in je eigen tunneltje waarin jij denkt te weten waarom iemand iets doet.
Vaak genoeg blijkt er iets heel anders aan de hand te zijn. Zo is je collega misschien in de veronderstelling dat wat zij naast de afvalbak zet gescheiden moet worden gehouden, zodat het gerecycled kan worden. Daar kun je misschien van denken: ‘dat is een aparte gedachte’, maar het is duidelijk wel een andere reden dan lui zijn.
Wanneer je die reden weet, kun je vervolgens met elkaar in gesprek gaan en samen kijken naar een oplossing. Zo kun je bijvoorbeeld afspreken dat er een extra afvalbak komt. Hoef jij niet tegen die zooi naast de afvalbak aan te kijken en je collega kan lekker recyclen.
In de workshop ‘ja krijgen op je idee’ benadruk ik ook dat het heel belangrijk is om door te vragen. Als jij bijvoorbeeld een idee of oplossing aandraagt en je leidinggevende zegt ‘nee’, vraag dan waarom. Als je leidinggevende aangeeft dat het te veel tijd, geld of middelen gaat kosten, vraag dan wat hij of zij als veel ervaart. Dat voorkomt dat jij allerlei dingen gaat denken over de situatie en over je leidinggevende die niet waar hoeven te zijn, maar waar je wel naar gaat handelen.
Het is helemaal niet erg om bij jezelf te herkennen dat je vol met oordelen en aannames zit; dat zitten we allemaal. Wat belangrijk is, is dat we dat weten én dat we ervoor kiezen met nieuwsgierigheid te gaan onderzoeken of wát we denken wel waar is. Je zult merken dat jij daardoor veel vrijer in het leven gaat staan en je relaties enorm gaan verbeteren, zowel op het werk als thuis.
Wil je trouwens meedoen aan de workshop ‘Ja krijgen op je idee’? Dan is het goed om te weten dat er dit jaar nog maar twee gepland staan. Meld je hier aan voor de wachtlijst en dan hoor je wanneer ze gepland staan en hoe je mee kunt doen voor de speciale early bird-prijs.
–
Kunnen we je misschien nog verder helpen? Bijvoorbeeld met: